Verkiezingen 2025

Stuurt het kieskompas je met een kluitje in het riet?

Het kieskompas is een middel om te bepalen welke partij het dichtst bij je staat. Toch blijkt het een minder goede raadgever dan je zou hopen.

Als echte twijfelaar grijp ik elke mogelijkheid aan om hulp te krijgen bij het maken van keuzes. Maar niet elke beslissingsondersteuning helpt je even goed als het lijkt.

In een half uurtje beantwoord ik een reeks aan vragen, en voila, mijn stemadvies voor de Tweede Kamerverkiezingen staat op het scherm. Dankzij deze beslissingsondersteuning hoef ik niet meer alle partijprogramma’s door te nemen, zoals mijn ouders vroeger deden. De meeste stemhulpen tonen een percentage van overeenkomst tussen jou en de partijen, terwijl het Kieskompas de uitkomsten presenteert aan de hand van je positie op een tweedimensionaal grid.

De x-as loopt van links naar rechts, en de y-as loopt van conservatief naar progressief. Ik zie mijzelf op dit grid staan, en bij mij in de buurt staan een aantal partijen waar ik ‘dicht bij sta’. Maar wat betekent dit eigenlijk? Het betekent in elk geval niet per se dat ik het met ze eens ben.

Laat ik als voorbeeld eens de partij NSC nemen. Deze staat redelijk in het midden van het spectrum. Ik heb bekeken wat de antwoorden van de NSC zijn, en vervolgens zelf het kieskompas ingevuld, waarbij ik op elke vraag het tegenovergestelde antwoord heb gegeven als het NSC. Dus bij vragen waar NSC het ‘helemaal mee eens’ was, was ik het juist ‘helemaal mee oneens’. De vragen waar NSC neutraal over was (slechts enkele), heb ik ook neutraal ingevuld. Nu zou je verwachten dat ik ver van het NSC af sta, omdat ik het nooit met ze eens ben. Maar niets is minder waar; ik sta zelfs het allerdichtst bij het NSC.

Figuur 1 Kieskompas

Figuur 1: Ook al zijn al mijn antwoorden tegenovergesteld aan die van het NSC, toch sta ik daar het dichtst bij.

Dimensies
Dit komt door het gebruik van de twee dimensies. Bij deze methode zijn vragen uitwisselbaar. Stel dat ik het bijvoorbeeld met de SGP eens ben dat je niet je geslacht mag aanpassen in je geboorteakte (conservatief volgens het Kieskompas), maar dat we wel 5% van het BNP moeten uitgeven aan defensie (progressief volgens het Kieskompas). Op basis van die twee vragen kom je op dezelfde plek uit als een partij die juist vindt dat je wel je geslacht mag aanpassen maar dat we niet 5% van het BNP aan defensie uit moeten geven, zoals de SP. Natuurlijk zijn er meer dan twee vragen, maar dit voorbeeld laat wel zien dat de twee assen veel nuance missen.

De argumentatie achter het gebruik van dimensies is dat deze het algemene gedachtengoed van een partij representeren, in plaats van de antwoorden op specifieke kwesties die op dat moment spelen. Een partij die over het algemeen voor grotere sociale zekerheid is, zal waarschijnlijk in de toekomst ook vaak stemmen voor verschillende wetten die het sociale zekerheidsstelsel versterken. Dit is te verantwoorden, alleen moeten de samenstellers van het kieskompas dan wel goed nadenken over welke dimensies ze gebruiken. In de huidige opzet vallen er te veel verschillende thema’s onder één dimensie.

Figuur 2 Kieskompas

Middenpartijen bevoordeeld
Deze methodiek heeft ook als gevolg dat partijen die meer in het midden van het spectrum staan, vaker als winnaar uit de bus komen. Laat ik eens kijken naar de links-rechts as. Er zijn heel veel verschillende combinaties mogelijk om in het midden uit te komen, zo lang de antwoorden maar voor de helft links en voor de andere helft rechts zijn. Het maakt daarbij niet uit welke helft van de antwoorden links of rechts is. Er is echter maar één manier om helemaal links op de as uit te komen, dat is namelijk door op alle vragen een links antwoord te geven. Nu is het wellicht voor Nederland helemaal niet zo erg als de politiek weer iets meer naar het midden getrokken wordt, maar ik zou dat toch liever niet voor elkaar krijgen door de kiezers te misleiden.

Vraagstelling
Een andere manier waarop de kiezer beïnvloed kan worden is door de vraagstelling. In het kieskompas voor de komende verkiezingen valt op dat vragen over linkse onderwerpen vaak worden gecombineerd met een negatief gevolg. Neem bijvoorbeeld de stelling “Er moet meer geld worden uitgegeven aan jeugdzorg, ook als de belastingen hierdoor stijgen”. Waarschijnlijk zouden meer mensen het met deze stelling eens zijn, als het negatieve gevolg niet genoemd zou worden.

Bij rechts-georiënteerde stellingen wordt er veel minder vaak een negatief gevolg genoemd. Neem bijvoorbeeld de stelling ‘Om minder afhankelijk te zijn van het buitenland mogen gasboringen in de Noordzee blijven doorgaan”’ Waarschijnlijk zijn minder mensen het daar mee eens, wanneer je hier ‘ook als dit bedreigde diersoorten in gevaar brengt’ aan toe zou voegen. Door de vraagstellingen van het kieskompas zal een linkse kiezer niet ineens rechts worden, maar mensen die meer in het midden zitten worden hierdoor wat extra naar rechts geduwd.

Let op
Het kieskompas laat zien dat beslissingsondersteuning die op het eerste oog betrouwbaar overkomt, toch een stuk minder goede raadgever kan zijn dan je zou hopen. Blijf daarom kritisch kijken naar de hulpmiddelen die je gebruikt. En wellicht: lees toch eens de verkiezingsprogramma’s, en kijk wat de partijen de afgelopen jaren hebben gedaan in de Tweede Kamer.

De oplettende kijker kan opgemerkt hebben dat alle partijen in het kieskompas op één lijn liggen: van linksboven naar rechtsonder. Eigenlijk is het dus in de praktijk maar één dimensie. Met behulp van wiskunde kun je dimensies bepalen waarmee de partijen meer verspreid zijn, en daarmee beter van elkaar te onderscheiden. Wil je hier meer over weten? Lees dan het blog van Miriam Loois, dat binnenkort op deze website verschijnt.

Profielfoto Simone Griffioen

Simone Griffioen

Als wiskundige en logicus heb ik binnen NS het vakgebied optimalisatie ontdekt, en voel me als een vis in het water. Wat blijkt? Ik doe al mijn hele leven aan optimalisatie. Van het letten op de kiloprijs in de supermarkt tot het handig combineren van de vele activiteiten op mijn dag. Optimalisatie is overal.

Add comment

To the VVSOR website